maandag 24 september 2012

Hoe, wat, waar.....

granaten
Edelstenen zijn bij de mens al minstens 7000 jaar bekend. We weten dat de eerste edelstenen amethist, bergkristal, barnsteen, granaat, jade, koraal, lapis lazuli, parels, serpentijn, smaragd en turkoois waren. Edelstenen zijn zeer lang alleen maar bereikbaar geweest voor rijke mensen omdat ze kostbaar zijn. 
Edelstenen werden vaak
als statussymbool gebruikt, denk maar aan de vele vorstenhuizen die met het bezitten van edelstenen hun rijkdom en macht toonden.
In vroegere tijden waren edelstenen omhuld door geheimzinnigheid, bescherming en goede zaken. Als gevolg op het idee van natuurlijke krachten werden edelstenen ook verbonden met de astrologie en werden ze gebruikt als medicijn, vooral in de 19e eeuw. Ook nu worden er in Japan nog steeds medicijnen gemaakt met vermalen parels, b.v. in calciumtabletten.

Tegenwoordig pronken mensen ook graag met hun bezit aan edelstenen, maar nu hebben de edelstenen in de meeste gevallen de functie van schoonheid, vooral verwerkt in sieraden.

Waar komen de edelstenen eigenlijk vandaan?
Zoals een pak melk of een stuk kaas niet zomaar in de winkel terecht kan komen, komen ook edelstenen niet vanzelf in onze sieraden terecht.
Edelstenen “ontstaan” namelijk en dan is de vraag hoe 

Neem b.v. de smaragd, deze steen wordt diep in de aardkorst gevormd wanneer het gesmolten graniet reageert op gesteente dat chroom bevat. Of de granaat, deze edelsteen tref je aan in metamorfe gesteenten, waar warmte en druk de oorspronkelijke gesteente hebben veranderd. Kijk je naar jade, dat vormt zich in de korst en beweegt zich naar de oppervlakte wanneer bergketens omhoog geduwd worden, b.v. de Himalaya. Turkoois is één van de eerste edelsteensoort die is gewonnen. Het wordt afgezet door oppervlaktewater dat door scheuren in aluminiumrijke gesteenten stroomt. En dan heb je nog zirkoon, deze steen ontstaat tijdens reacties diep in de aardkorst tussen gesmolten graniet, kalksteen en schalie (kleimineralen).

 Maar wat is dan precies een edelsteen?

·       Een edelsteen is een mineraal dat mooi van kleur is en door mensen geslepen en gepolijst kan worden. Van nature zijn edelstenen dof en ruw.

·       Een edelsteen moet ook duurzaam en zeldzaam zijn en bestand tegen gebruik.

·       Van de meer dan 4000 mineralen worden er slechts zo’n 50 regelmatig tot edelstenen geslepen.

·       Waardevolle edelstenen worden vooral gebruikt voor sieraden.

Er zijn zeven edelstenen die als kostbaar te boek staan, n.l. diamant, robijn, saffier, smaragd, aquamarijn, topaas en opaal.

Waar worden edelstenen aangetroffen? Robijnen komen b.v. uit Thailand en Birma. Saffieren veel uit Australië en Sri Lanka en diamanten veelal uit Zuid-Afrika. Er zijn prachtige mineralenencyclopedieën te koop waar je alles over vindplaatsen kunt vinden.
Niet alle edelstenen zijn afkomstig uit gesteenten. Er zijn vier uitzonderingen, deze komen voort uit een andere vorm van leven. B.v. barnsteen wordt gevormd uit het sap van dennenbomen, git uit prehistorische bossen, die135 miljoen jaar geleden groeiden, koraal uit hele kleine zeedieren en parels worden gevormd in oesters en andere weekdieren.

broche met glas
Omdat edelstenen niet voor iedereen altijd bereikbaar zijn worden ze al duizenden jaren nagemaakt. De Egyptenaren waren de eersten die probeerden met glas en glazuur kostbare stenen na te maken. Glas wordt veel gebruikt om edelstenen te kopiëren. Namaak is goed mogelijk van glas omdat je het in elke vorm kunt kneden, en er een kleur aan geven is ook niet zo moeilijk. Je kunt wel vaak zien dat het namaak is door de kleine luchtbelletjes die je er in ziet. Ook zijn de namaakstenen zacht in vergelijking met de echte stenen, ze brokkelen snel af en kunnen gemakkelijk krassen oplopen.

In 1758 ontwikkelde Werner Joseph Strasser een glassoort die geslepen kon worden. Dit geslepen glas leek veel op diamant en dringt dan ook met succes snel door in de edesteenhandel. Deze namaak diamantsoort wordt strass genoemd. De namaakindustrie werd steeds groter en er is dan ook flink geëxperimenteerd met glas, porselein, kunsthars en plastic. Eigenlijk konden en kunnen al deze probeersels niet in de buurt komen van de echte edelstenen.
echte robijn
Tot aan het eind van de 19e eeuw een Franse chemicus, A.V. Verneuil het voor elkaar kreeg om een synthetische robijn te maken.  Deze synthetisch verkregen edelsteen wordt in de edelsteenhandel niet als imitatie bekeken maar vormt een zelfstandige groep naast de natuurlijke edelstenen, wel moet deze robijn  aangemeld worden als synthetisch.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten